vrijdag 31 mei 2013

Een zoektocht, hoe ga je om met de Cito?

Een opmerking vooraf.......
Dagelijks zie ik dat veel mensen mijn blog lezen en ik weet dat daar ook mensen van school bij zijn.
Ineens bedacht ik me gisteren dat er misschien wel iemand is die denkt dat ik 'namens' de school spreek en besloot ik onderstaande blog weer weg te halen. En dat zit me niet lekker. Ik wil meer bloggen dan alleen maar over het weer (al is dat ook buitengewoon interessant). En dus, na een nacht slapen plaats ik deze blog toch, maar het zijn mijn gedachten. Op dit moment. Misschien hoop ik wel op een gesprek, andere ideeën of invalshoeken. De Cito is voor een aantal vrijeschool-mensen omstreden en ook bij mij roept het af en toe weerstand op. Dus voel je vrij om te reageren, dat zou ik prettig vinden.



Schilderles van de afgelopen week: Vanuit citroengeel ontstaat een bonte wei met bloemen.



Wanneer een kind geboren wordt, wil je het in alle opzichten beschermen en helpen opgroeien tot een vrij en vrolijk mensenwezen. Er moet gespeeld worden, en meer gespeeld en gegroeid en nog meer gegroeid.
Ze leren praten en met dat leren praten leer jij de kinderen over goed en kwaad. Je wilt dat ze uitgroeien tot sociale liefdevolle wezens die zorg dragen voor zichzelf en ook voor de ander.
En al die kinderen moeten op een dag naar school.

Het ene kind vindt dat geweldig en geniet vanaf de eerste dag in de kleuterklas, terwijl het andere kind wekenlang huilt bij het afscheid nemen van zijn ouders, stil zit te kijken en tijd nodig heeft om te wennen aan het ritme van een klassendag. En ook dat kind moet naar school.

Op de Vrijeschool wordt veel gespeeld. Ouders zien alleen het begin en het eind, maar de eerste uren in de ochtend is de hele klas verbouwd tot één grote speel- en werkruimte. Stoelen staan op tafels, hutten worden gebouwd en geen kist staat meer met blokken in een hoek. Het is tot boot geworden, tot fornuis of wordt gebruikt om een voorstelling mee te maken. Zo gaat dat in de kleuterklas.
En dan komt toch het moment dat een kind bereid moet zijn een taak uit te voeren. Gaan ze eenmaal naar de eerste klas, dan moeten ze toch aan een tafel kunnen zitten luisteren, in een schrift werken en bereid zijn iets te doen, terwijl ze eigenlijk iets anders bedacht hadden. 'Taakbereidheid' is één van de voorwaarden om naar een eerste klas te gaan. Schoolrijpheid heet dat. Dat betekent niet dat er in een eerste klas niet meer gespeeld wordt, maar het dagelijkse vrije-spel is voorbij.

Zelfde opdracht, ander kind ;-)


Mijn oudste heeft gespeeld tot hij erbij neerviel. Hij bouwde, tekende, timmerde en rende.....en hij heeft alles op de Vrijeschool gedaan wat er te doen viel, van peuter- en kleuterklas in Zutphen, Onderbouw in Assen en Bovenbouw in Groningen.
Pas in de zesde klas maakte hij een test en kon hij naar het VWO. Hij is ook slim. Maar hij speelde verder, genoot van zijn skatebord, was tijden druk met zijn diabolo en timmerde kippenhokken en tafeltjes.
Na het behalen van zijn Havo-diploma ging hij naar de Warmonderhof, de biologische boerenopleiding in Dronten. Ik vond het een voortreffelijke keuze en hij voelde zich er thuis.
En toen kwam ik op een dag bij hem op bezoek en zaten we, met medestudenten buiten. Zij hadden ook het hele Vrijeschool-traject doorlopen en wat was hun conclusie? 'Eigenlijk hebben we altijd onder-gepresteerd. Er was niemand die ons dwong eens wat beter ons best te doen, we gingen toch wel over'. De verhalen kwamen los. Hoe ze dit hadden gedaan, dat hadden ontlopen, zus hadden ontvlucht......alles te makkelijk hadden gevonden. En hoe ze àllemaal hadden genoten van periodes als dierkunde, geschiedenis, aardrijkskunde en heemkunde. Maar dat rekenen en taal....pffff......En eigenlijk schrok ik daarvan. Ik ben immers zelf een Vrijeschool-juf.........

Er is veel veranderd in Vrijeschool-land. Ik vind dat je bij elke nieuwe stap die je maakt moet onderzoeken waarom je het oude eventueel loslaat. Dat de inspectie daarbij een rol speelt is duidelijk. Zij verplichten ons tot de Cito-toets en dit jaar hebben we een experiment met de kleuter-Cito voor oudste kleuters gedaan.
Een van de kleuterjuffen kwam op haar vrije dag op school en heeft met een groepje kinderen zitten werken.
Die kinderen vonden het werken in een boekje buitengewoon interessant en 'echt'.
Er kwamen geen onverwachte dingen uit die Cito-toets en de kinderen hebben het goed gedaan. Twee kinderen lieten een ander beeld zien, maar dat was ook bekend bij de juffen. De kleuterjuffen keken goed hoe de kinderen na de toets weer in de klas kwamen, hoe ze aanwezig waren tijdens de toets en hoe zij de vragen vonden. En ze waren niet negatief. Eenmalig een Cito-toets, als oudste kleuter olv. een vertrouwde juf, dat was goed te doen vonden ze.


Het is niet de Cito alleen die druk legt op de kinderen. Het is de manier waarop je ermee omgaat. Je moet de Cito gebruiken om te analyseren. En analyseren is ook voor ons goed. Als ik vrolijk schrijf over een studie-dag 'vrij bewegen aan zee' denk ik ook aan een studie-dag 'analyseren van gegevens'.
Ik ben ervan overtuigd dat wij goed kijken naar de persoonlijke groei van kinderen, maar vast ook nog kunnen leren als het gaat om analyseren van (toets)gegevens.

Wij gebruiken de Cito op school als volgsysteem. Dat betekent dat er twee keer per jaar toetsmomenten zijn. In januari en mei/juni en daar zitten we nu midden-in. We hebben spelling, rekenen/wiskunde en lezen in klas 1,2 en 3 en in 4, 5 en 6 komt daar werkwoord-spelling en begrijpend lezen bij. En ja, dat zijn dan intensieve weken en ja, sommige kinderen vinden dat echt spannend. Maar het is de analyse die telt. Kinderen willen tegenwoordig ook weten waar ze staan. Wat ze geleerd hebben en of ze dat goed hebben gedaan. Zijn ze vooruit gegaan? Gelukkig zijn alle kinderen ALTIJD vooruit gegaan. De gulle glimlach deze week van een kind dat met lezen van E naar D is gegaan (A is het hoogst) is gewoon prachtig. Het stimuleert hem thuis flink door te lezen, naast het hulpplan dat er voor hem is in de klas. (En de term A t/m E is bekend, maar ook alweer uit de tijd........)

De Cito hoort er bij. Wij zijn een Vrijeschool en ook een professionele organisatie. Het Cito-loze tijdperk is voorbij en daar hebben we het mee te doen.
Natuurlijk zien we dat de kinderen moe zijn na drie dagen rekenen. Ook in mijn klas. Maar vandaag hebben we dan weer  tijd om het over de historie van het papierscheppen te hebben. Morgen gaan we het ook doen!  Wanneer je als leerkracht ziet dat onze manier van werken ook zorgt voor prima Cito-scores en we niet volgens de methode dagelijks een rekenles geven, veel zingen en vormtekenen, schilderen en mooie verhalen horen is dat ook fijn om te weten. De tijd dat er gezegd werd dat die Vrijeschool wel leuk was maar dat er kinderen met hiaten in het leren zitten is voorbij.
Wanneer wij niet voldoen aan de eisen die de inspectie stelt, ons werk inzichtelijk maken, worden we tot zwakke school bestempeld en met sluiten bedreigd. En ik ben er nog altijd heilig van overtuigd dat wij kijken naar het hoofd, het hart en ook die handen.......ook als we meedoen aan de Cito.

Weet je......ook als gezin doe je soms dingen die niet leuk zijn voor de kinderen......Zit je twee dagen opgesloten met elkaar in een auto, om daarna 3 weken aan een Franse beek te vertoeven. In die auto maak je er het beste van.
Naarmate kinderen ouder worden móeten er nu eenmaal dingen.......ça c'est la vie.........

Bij de nabespreking vraag ik altijd of het 'te doen' was. Dat ik trots op ze ben en waar ze onzeker of juist heel zeker van werden. Ik zeg dan ook dingen als: 'Ach, die afstanden en gewichten komen in de vierde klas gewoon weer terug' of: 'We moeten nog maar even flink klokkijken de komende weken'.
Ik heb beloofd zelf een Cito-toets rekenen voor ze te  maken. 21 opgaven  en elke opgave gaat over een kind in de klas. Ze verheugen zich nu al.

Som 1 heb ik al: In de derde klas zitten 21 kinderen. Juf houdt ervan om gelijke rijen met evenveel kinderen te maken. Kun jij daar een tafelsom bij verzinnen?

Bewonderen en rusten na gedane arbeid.

2 opmerkingen:

  1. Be-oordelen lijkt soms dichtbij ver-oordelen te liggen.... Ik krijg altijd een beetje kromme tenen van de cito....Een mens wordt op een eenzijdige manier bekeken en in een hokje geplaatst...... Als de inspectie en de overheid het niet van je zouden eisen, Hoe zou je het dan doen en zou je het doen?
    En natuurlijk is het belangrijk om al je handelen te toetsen, maar waarom alleen het cognitieve?
    Volgens mij zijn vrije school-ouders mensen die hun kinderen niet volgens de 'gebaande paden' opvoeden en bestaat de angst dat de cito 'eenheidsworsten' van hen zal maken....
    En.... hoe VRIJ ben je nog als leerkracht als er zo'n enorme dwang is om te moeten presteren.... Want de uitkomst van de cito heeft toch ook gevolgen!

    Ik vind je bovenstaande stuk mooi geschreven, begrijp ook heel goed je overwegingen en vind dat je er voor de klas 'het beste' uithaalt!
    Groet Hannah

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Dank je wel Hannah.
    En misschien heb je wel gelijk....als het niet zou moeten, zou ik het dan doen?
    Een jaar of wat geleden had ik volmondig 'nee' gezegd, nu is het een reële vraag.
    Het toetsen van alle andere vakken die niet op het cognitieve liggen doe je niet.
    Dat kan ook niet. De Cito is een instituut en daar willen we ons niet aan conformeren. Toch probeer ik altijd het zinvolle uit een Cito te halen. Er zijn kinderen die uit een verhaal geen som kunnen halen en dus onvoldoende scoren.Het Cito velt daar een oordeel over: 'ongeschikt', ik kijk zonder oordeel wat het kind me laat zien en hoe ik het vermogen bij het kind kan ontwikkelen om in de wereld wel de sommen te ontdekken. De analyse, de manier van omgaan met....dat is van belang. Madelief

    BeantwoordenVerwijderen